Op 24 november organiseerden de ROM’s een webinar met Otto Raspe, Hoofd RaboResearch Nederland Regio’s en Thema’s. Hij ging tijdens dit webinar in op de economische groei én brede welvaart in Nederlandse regio’s en formuleerde de opgaven waar verschillende typen regio’s voor staan en ze aan zouden moeten werken. Onderstaand de verslaglegging van dit webinar.
De wereld versus regio
Het klinkt een beetje als een contradictio in terminis, maar de onderzoeken wijzen het echt uit: hoe meer de economie wereldwijd vervlochten is, des te belangrijker wordt de rol van de regio’s daarin. Hoofd RaboResearch Otto Raspe legde in een webinar glashelder uit hoe dat zit. Daar kan elke regio zijn voordeel mee doen.
In de wereld van nu, en van straks al helemaal, gaat het niet meer puur en alleen om economische groei. De brede welvaart wint aan belang. De economie vinden we met zijn allen heus nog belangrijk. En nog altijd meten we de vooruitgang van ons land vooral aan de hand van het BNP. En dat is zo’n gek instrument nog niet, want steeds weer blijkt er een direct verband tussen economische ontwikkeling en het geluksgevoel van het volk.
Onderzoeker Otto Raspe kijkt dieper. Hij ziet dat er duidelijke verschillen zijn tussen de regio’s in Nederland, hij ziet dat het aandeel van de ene regio in het BNP groeit, terwijl andere regio’s juist relatief achteruitboeren. Eindhoven Brainport bijvoorbeeld is zo’n stijger, terwijl het zuidelijk deel van de randstad zich meer zorgen moet maken.
Radertjes
Waar ligt dat aan? Zeker niet aan één ding, maar altijd aan een combinatie van factoren. Wat wel het agglomeratie-effect wordt genoemd, is daarin belangrijk. Waar mensen en bedrijven clusteren, ontstaan voordelen die kunnen uitmonden in versnelde economische groei. In een stad gebeurt plat gezegd meer dan in een dorp. Raspe: ,,Waar de geografische dichtheid toeneemt, zie je de productiviteit verhogen, maar ook het gemiddelde inkomen. Mensen worden slimmer, gezonder en blijer in een groenere omgeving, met minder criminaliteit.’’
Moeten we dan maar alles volbouwen? Dat dan ook weer niet. Het succes van een regio is namelijk afhankelijk van pakweg acht radertjes die het wiel van de vooruitgang in beweging zetten. Zit er zand in één van die radertjes, dan vertraagt het hele wiel. Waar gaat het dan om? Het gaat om clusters van bedrijvigheid, om de mate van ondernemerschap, om de aanwezigheid van human capital, om de kennisinfrastructuur, de fysieke infrastructuur, het aanbod van financieringen, de governance en het leef-woonklimaat.
Zet je die radertjes op een rijtje, dan heeft elke regio er heel wat in de aanbieding. Raspe: ,,Er is niet één formule die op elke regio geplakt kan worden.’’ Waar op de ene plek de fysieke infrastructuur top is, kan elders het leef-woonklimaat uitblinken. Je ziet meer en meer dat regio’s die het op al die factoren goed doen, de sterkste groei laten zien. En ook dat regio’s die het op één van die factoren duidelijk minder doen, in het totale beeld achterblijven.
Elk regio eigen groeimodel
Laat een groep mensen invullen wat ze nu écht waardevol vinden, en je krijgt een veel breder beeld dan inkomen alleen. Scholing, leefomgeving, veiligheid, sociale interactie, sport, cultuur, gezondheid, dat zijn factoren waar we belang aan hechten. Raspe: ,,Het is onzinnig om het economisch verdienmodel na te streven dat van bijvoorbeeld de regio Amsterdam een succes maakte. Als je nu kijkt op de kaart met brede welvaart, blijft dat gebied juist achter. En dat zie je terug in de bijdrage van zo’n regio aan het BNP. Elke regio verdient een eigen model.’’
De regionale motoren van nu en straks zijn verschillend. Elke regio moet inzetten op zijn eigen krachten. Rust, ruimte, onderwijsaanbod, veiligheid, sociale cohesie, of juist innovatiekracht, inkomens, werk en milieu. De overheid kan daarbij een handje helpen. Door financieringen beschikbaar te stellen om de innovatiekracht en het ondernemerschap te versterken bijvoorbeeld. Zo blijf je goed in de radertjes van het wiel die al sterk zijn, en verstevig je de radertjes die extra aandacht behoeven.
U kunt het webinar (nogmaals) volgen door op deze link te klikken.
De presentatie van Otto Raspe vindt u hier.