AELS

Wat doet AELS precies?

Derk-Jan van Heerden, directeur van AELS: “We deassembleren vliegtuigen en hergebruiken en recyclen onderdelen waar mogelijk. Dat kan van alles zijn. Van de stoelen, tot aan cockpitinstrumenten, maar zelfs ook een hele vleugel.”

“Het opruimen van vliegtuigen is op zich niets nieuws, dat gebeurt al decennia. Maar ik heb zelf in Delft luchtvaart- en ruimtevaarttechniek gestudeerd met een extra aantekening in duurzaamheid. Ik stelde mezelf de vraag: hoe zit het precies met de afbraak van vliegtuigen? Ik zag dat het beter kon. Dat heeft, nu meer dan twaalf jaar geleden, geleid tot AELS.”

Hoe zijn jullie tot de keuze van vliegveld Twente gekomen?

“In Twente ligt een prachtige lange en brede baan, waarop elk type vliegtuig kan landen. We hadden eerst een andere locatie, maar daar konden geen wide bodies op terecht. Dat zijn heel grote vliegtuigen, gericht op intercontinentale vluchten. Om je een beeld te geven: die hebben niet een, maar twee gangpaden, zoals de beroemde Boeing 747. Er is veel vraag naar bedrijven die gericht zijn op de deassamblage van dat soort vliegtuigen. Nu we die mogelijkheid hebben, kunnen we als AELS groeien. Er landen hier op Twente steeds meer vliegtuigen.”

AELS is het voorbeeld van circulaire economie. Is maatschappelijke impact belangrijk voor AELS?

“Kijk, in beginsel heeft ons bedrijf vier kernwaardes, waarvan duurzaamheid er één is. Duurzaam betekent voor ons: people, planet en profit. We willen winstgevend zijn, maar tegelijkertijd ook een belangrijke plaats in de maatschappij hebben. Ik vind dat we goed moeten omgaan met onze aarde. Dingen netjes opruimen.
Dat stond tien jaar geleden in de Europese luchtvaartsector niet echt op de agenda. Er was qua infrastructuur op dat vlak weinig tot niets. Er werden relatief snel nieuwe vliegtuigen gekocht, terwijl oudere modellen nog prima konden doorvliegen. Die werden vervolgens doorverkocht aan Zuid-Amerikaans of Afrikaanse vliegtuigmaatschappijen. Door de privatisering van de sector is daar overigens wel iets veranderd. Nu vliegen de grote Europese maatschappijen zoals KLM en Air France namelijk wél door tot hun Boeiing ‘end of life’ is. In zo’n geval is het echter wel handig dat je niet helemaal naar Amerika hoeft te vliegen om het model te deassembleren – dat scheelt nogal in de CO2-uitstoot.”